Azie: ons laatste continent

Singapore
Onze eerste stop in Azie was in Singapore. Met haar westerse verschijning, niet direct een Aziatische stad te noemen.. Singapore heeft ongeveer 5,3 miljoen inwoners en is net iets groter dan de Nederlandse Noordoostpolder. Het is voorzien van super georganiseerd ondergronds netwerk (metro) dat je binnen no time van A naar B brengt. De vier voornaamste talen die in Singapore gesproken worden zijn: Mandarijn, Maleis, Tamil en Engels. Overal waar we kwamen was ook alles afgebeeld in deze vier talen of werd alles omgeroepen in deze vier talen. In de twee dagen dat we hier verbleven hebben we een stadstour gemaakt en zijn we naar het businesscentrum geweest waar o.a het bekende Marina Bay Sands hotel te zien is. Dit zijn drie torens met daarop een mega zwembad (zie google voor foto’s).

Relaxen op Bali
12 januari kwamen we aan op het vliegveld van Den Pasar. Hier werden we door de Ketut, de taxichauffeur van de villa, opgepikt. Na een ruim 3 uur durende autorit door prachtige landschappen, kwamen we aan op Jeda Vila (Jeda betekent: pauze): een paradijs! Drie villa’s met elk een enorme tuin eromheen. Pff...wat een verschil met wat wij gewend waren. Het kostte ons dan ook de nodige ‘kneepjes in de arm’ om onszelf ervan te overtuigen dat we hier 4 dagen mochten verblijven!

Alles werd in de villa voor ons geregeld. Gedurende ons verblijf hebben we heerlijk genoten van de Indonesische gerechten die de kokkin Putu voor ons bereidde. Voor het eerst op een ‘knalpot’ (zo noemen ze een scooter hier) gereden en dit was echt 1 van de beste manieren om op het eiland van A naar B te komen. Tempeltour in de buurt van Pemuteran gedaan, bezoek gebracht aan een Australisch parelbedrijf en meer geleerd over de schilpadden op Bali. Op onze laatste dag van ons verblijf in Pemuteran hebben we onze eigen reisscchilpad, ‘Jeda’ genaamd, vrijgelaten in de oceaan. Nachtje in Amed verbleven (oost Bali; Amed is het vertrekpunt naar de bekende Gili eilanden) van waaruit wij een tour door de rijstvelden richting Ubud hebben genomen. Onderweg de grootste tempel op Bali bezocht (waar net de jaarlijkse ceremonie bezig was en iedereen prachtig gekleed was), en we hebben gezien hoe Luwak koffie wordt gemaakt (namelijk met behulp van uitwerpselen van de Luwak katachtige) en we hebben de plaatselijk stinkende Durian fruitsoort geproefd.

Onze laatste nacht in Kuta doorgebracht. Een van de meest toeristische plaatsen in het zuiden van het eiland. Op het strand van Kuta werden we benaderd door een groep scholieren uit Java. Na ons lang aangestaard te hebben, kwamen ze naar ons toe met de vraag of ze met ons op de foto mochten...ja, en daar kun je natuurlijk geen nee tegen zeggen, als je net iedereen zelf op de foto hebt gezet... Dit foto tafereel heeft zich trouwens nog vaker in Azie voorgedaan. Stamelende mensen die graag met je op de foto willen.

Thailand
We kwamen in Bangkok aan midden op de zaterdagavond. Na veel te veel betaald te hebben aan de taxichauffeur, kwamen we aan bij ons hotel. Ons hotel lag midden in de megadrukte, naast de bekende Khao San Road. In deze buurt verblijven de meeste touristen en backpackers en het leek wel of heel Bangkok uitgelopen was naar dit gebied. We werden dan ook behoorlijk overrompeld door deze drukte.
In Bangkok hebben we allereerst ons visa voor Vietnam geregeld, dat duurde wel een paar dagen. Daarnaast hebben we ook een Chileense vriendin van ons ontmoet waar we in Sydney veel mee optrokken. We zijn nog een dagje met haar naar de oude stad geweest om wat ruines te bekijken en ’s avonds hebben we geprobeerd te genieten van een Thai Massage. De masseurs waren nog al hardhandig, dus de volgende dag was spierpijn het gevolg. Verder hebben we al wat souveniers gekocht, lekker rondgelopen en gegeten. Opvallend vonden we in hoeverre de mensen je op straat wat proberen aan te smeren; van zonnebrillen en andere prullaria tot zwartgeblakende eetbare schorpioenen.

Vanuit Bangkok hebben we een trein genomen die ons 16 uur later in Chiang Mai bracht. Hier zijn we een aantal dagen verbleven en hebben we onder andere een Thaise kookcursus gedaan. Erg leuk en vooral erg lekker! Daarnaast zijn we een dagje naar het Elephant Nature Park geweest. Dit is een soort opvanghuis voor mishandelde olifanten. Het was enorm leuk om ze te mogen voeren en zelfs te wassen. Daar stonden we dan, in een riviertje met wat emmertjes water om deze enorme beesten te wassen en wat verkoeling te geven. Wat een topervaring.

Laos
Vanuit Chiang Mai (noord Thailand) zijn we per slowboat naar Laos gegaan, en ‘slow’ ging die inderdaad. Het kostte ons 1 dag in de bus en twee dagen op de boot over de Mekong Rivier om in Louang Prabang (Laos) aan te komen. In Louang Prabang hebben we met een Frans stel een tweedaagse jungle trekking gedaan. Onder begeleiding van 2 gidsen hebben we twee dagen lang ontzettend veel gelopen en gezien. Overnacht in een plaatselijk dorpje zonder elektriciteit en waar we toch echt de enige vier westerlingen waren. Na deze onvergetelijke ervaring zijn we doorgereisd naar Vang Vieng. Wat een reis. We hadden allebei het gevoel alsof we 7 uur lang in een achtbaan zaten, zo veel hobbels, gaten en bochten. En snel dat de chauffeur reed! We zijn beide goed ziek geworden (misschien van deze reis of van het eten die ochtend). Blij dat we in ons hotel aan waren gekomen, hebben we deze ook niet veel meer verlaten in de dagen daarop. In Vang Vieng werden we door twee andere backpackers erop geattendeerd dat we niet met de bus van Vientiane naar Hanoi (Vietnam) konden, in verband met Tet, het ‘Lunar/Chinese NewYear’. Uiteindelijk zijn we dus per vliegtuig van Vientiane naar Hanoi gevlogen. Alhoewel dit maar een uurtje vliegen is, daalde het kwik met zo’n 20 graden. In Hanoi moesten we onze lange broeken en vesten dus weer tevoorschijn halen.

Vietnam
In Hanoi hebben we een dagtour gedaan naar Halong Bay (even googlen!). Hoewel het weer niet helemaal top was, toch een leuke dag gehad. Verder vooral rondgelopen door de stad en ons verbaasd hoe de mensen hier leven. Wat een scooters en wat een drukte.
In Vietnam hebben we verder veel met de bus gereisd. We hebben de plaatsen Hue, Hoi An, Nha Trang, Dalat en Ho Chi Minh City (Saigon) aangedaan. Hoogtepunten hiervan waren onder andere Hoi An. Erg sfeervol en hier hebben we kleding en schoenen laten maken. Daarnaast hebben we een Easy Rider Tour gedaan van Nha Trang naar Dalat. Twee dagen achterop de motor door de prachtige berglandschappen van Vietnam gereden. In Ho Chi Minh City zijn we veel meer te weten gekomen over de oorlogsgeschiedenis van Vietnam. Zo hebben we een bezoek gebracht aan het indrukwekkende Warmuseum en zijn we een halve dag naar de ondergrondse tunnelsystemen geweest en zelf ook even het claustrofobische gevoel ervaren.
Op het moment van schrijven zitten we in een sauna bus in de richting van Pnom Penh, Cambodja. Dit is het laatste ‘nieuwe’ land wat we zullen aandoen. Hier zullen we twee weken verblijven. De laatste twee weken zullen we in het zuiden van Thailand doorbrengen, om daarna weer voet op Nederlandse bodem te zetten!

Liefs!